24 Januari 2020
De Europese centrale bank (ECB) zal de komende maanden besteden aan een fundamentele evaluatie van haar beleid. Alles blijft derhalve voorlopig nog bij de huidige uitgangswaarden.
Diegenen die stelde dat met de wisseling van de wacht aan de top van de ECB ook een beleidswijziging zou komen werd gelogenstraft. Die speculaties waren er omdat men dacht dat Christine Lagarde liever in harmonie werkte dan haar voorganger. Mario Draghi stond erom bekend dat hij zijn mening doorduwde tijdens de vergaderingen. Vandaar dat Klaas Knot van De Nederlandsche Bank de publiciteit zocht om het andere geluid te laten horen. Maar Knot krijgt ook bij Lagarde nul op rekest.
Gelukkig maar want niets is slechter voor een centrale bank dan een die haar beleid van de ene dag op de andere verandert. Het vertrouwen is dan snel weg met alle economische gevolgen van dien. Het is duidelijk dat Lagarde geen duif is (diegenen die de rente nog verder naar beneden wil brengen) noch een havik (de groep die snel een renteverhoging wil). In de eerste persconferentie stelde Lagarde dat ze een uil is. Om dat te onderstrepen was haar broche ook een uil. Vanuit die visie is de evaluatie aangekondigd. Deze neemt geheel 2020 in beslag. De uitkomst zal niet al te schokkend zijn. Een van de onderzoeken zal zich richten op het inflatiecijfer. En dan vooral de samenstelling ervan. Uiteindelijk kopen consumenten andere producten dan zij 20 jaar geleden deden. Het nieuwe mandje aan consumentenproducten zal echter niet de inflatie fors laten stijgen. Wellicht zelfs eerder laten dalen. De reactie op de financiële markten was voorspelbaar. De rentes op staatsleningen daalden en de euro nam in waarde af. We zagen in de afgelopen tijd namelijk het omgekeerde effect op basis van de speculatie van de mogelijke beleidswijzing. De stijging van de obligatiekoersen zorgde ervoor dat ook Frankrijk weer een negatieve rente heeft op 10-jarige staatsleningen. Een einde aan deze negatieve rente in Europa is voorlopig nog niet in zicht. Pas in de zomer zal er worden besloten door de ECB hoe verder te gaan met het opkoopprogramma. Tenzij de economie sterk verbetert zal het eerder worden verminderd dan plotseling worden stilgezet. Daarnaast is de vraag naar leningen, zo bleek de afgelopen weken, groot. Tegenwoordig niet alleen door professionele partijen maar ook zo langzamerhand door grote particuliere beleggers. Wie immers bij zijn bank een rente van zo’n 0,5% moet gaan betalen voor zijn liquiditeiten kan beter gaan beleggen in staatsleningen. Zelfs in Duitse leningen met een negatieve rente van 0,3% is men direct beter uit. En wellicht nog de kans op koerswinst.